donderdag 21 februari 2013

Mijnbezoek

Tijdens de praatrondes hadden we al verschillende keren gehoord dat er heel wat ( over ) grootvaders van kinderen uit onze klas vroeger in de mijn gewerkt hebben. En natuurlijk wilden we heel graag weten wat de mijnwerkers precies deden in die mijnen. Vandaar ons bezoek aan één van de mijnen in Limburg: de mijn van Beringen.

We werden buiten verwelkomd door Lee: hij was onze chef voor vandaag en wist ons zoveel interessante weetjes te vertellen...

De mijnwerkers hadden penningen van verschillende vormen: een driehoekspenning was bijvoorbeeld de nachtdienst. Als de penning na de nachtdienst nog aan het nageltje hing, wist de chef dat er nog een mijnwerker onder was en geholpen moest worden.




Omdat de mijnwerkers erg vuil werden deden ze een donkerblauwe jas en broek aan. Terwijl ze werkten was er dikwijls een temperatuur van 35 graden: daarom droegen ze ook donker ondergoed, zo konden ze hun jas uitdoen terwijl ze bezig waren.
Natuurlijk moesten de mijnwerkers er ook voor zorgen dat ze veilig werkten: veiligheidsschoenen met ijzeren tip en een helm waren verplicht!
Hun boterhammetjes, die de mijnwerkers tijdens hun lange rit ( 1 uur ) in het treintje opaten, deden ze in een stoffen zakje. Ze gebruikten steeds een ijzeren drinkfles, want deze kon tegen een stootje in de mijn.
Ook wij mochten in een kleedhokje van een gewezen mijnwerker een echte mijnwerkersoutfit aandoen.










In het lampenmagazijn kregen we allemaal een lampje op onze helm. Nadat de mijnwerkers gewerkt hadden, moesten ze hun lampjes terughangen, zodat deze konden opladen.
Er werd ook altijd een grote mijnlamp meegenomen: aan de vlam konden de mijnwerkers zien als er mijngas aanwezig was.
Lauranne controleerde als de lampjes op de juiste manier aan de helm zaten en deelde onze treinkaartjes uit.















de mijnambulance
Met 4 kinderen gingen we samen in een treinwagonnetje zitten. Omdat wij nog niet zo groot zijn en omdat het voor ons maar een kort treinritje was, zaten we nog redelijk goed ( en vonden we het natuurlijk superleuk! ), maar voor de mijnwerkers was het een lange en krappe rit naar hun werkdomein.












Buiten zagen we de mijnterril van Beringen: deze ' berg ' is ontstaan door het afval van de mijn.




Om echt het gevoel te krijgen hoe het was om in een warme en donkere mijn te werken, gingen we een kijkje nemen onder de grond. In de lift konden 16 mijnwerkers, maar wij konden er natuurlijk met meer in. We zagen echte filmpjes van hardwerkende mijnwerkers en we konden het gereedschap dat ze gebruikten van kortbij zien. Onze chef liet ons ook eens het geluid van de buis, die zorgde voor verse lucht, horen. Jammer genoeg konden de mijnwerkers geen oordopjes aandoen, want dan hoorden ze de houten palen niet kraken en wisten ze niet als er instortingsgevaar was. Ze gebruikten steeds dennenhout, omdat dit soort hout een waarschuwing geeft ( = kraken )... Andere soorten hout waren ook wel stevig, maar die ' spraken ' niet met de mijnwerkers.







Als de mijnwerkers na een harde dienst terug boven kwamen, moesten ze natuurlijk nog eerst goed douchen... voordat ze naar huis gingen.
Zoveel douches hadden we nog nooit samen gezien!


  

Het was echt een heel leerrijk en supergeslaagd mijnbezoek en voordat we naar huis gingen... kregen we nog eerst onze quinzaine ( = loon dat om de veertien dagen werd uitbetaald  ) ... want we hadden volgens de chef goed gewerkt. Dank je wel papa's, mama's en opa's die ervoor gezorgd hebben dat we op onze bestemming geraakten!






1 opmerking: